Deze week begon de campagne ‘Sluit hiv uit, niet de mensen met hiv’.
Tijdens deze campagne wordt landelijk aandacht gevraagd voor de stigmatisering van mensen met hiv.
Deze campagne is geen overbodige luxe: ruim één derde van de ouders heeft liever geen kind met hiv in de klas van zijn of haar kind. Ook heeft meer dan één op de tien docenten liever geen collega met hiv.
Dit blijkt uit een onderzoek van TNS-Nipo dat is uitgevoerd in opdracht van het Aids Fonds.
Er bestaat GEEN kans op een hiv-infectie in de normale dagelijkse omgang.
Toch denkt één op de zeven onderwijsmedewerkers en één op de vijf ouders dat een kind risico loopt op besmetting als het speelt met een klasgenoot met hiv.
Er is bij geïnfecteerde kinderen en volwassenen duidelijk sprake van stigmatiseren, sociale uitsluiting en discriminatie. Voor een kind betekent dit op school een mogelijk risico van pesten, discriminatie en buitensluiting.
En waarom? Omdat men bang is voor iets wat men niet kent.
De campagne is dus zeer belangrijk voor erkenning van de problematiek van deze kinderen.
Uit angst voor eventuele negatieve gevolgen vertellen ouders de school niet van deze chronische ziekte, wat deze met de komst van HIV-remmers eigenlijk is.
Dit heeft tot gevolg dat het kind geen emotionele ondersteuning krijgt op school. Ook is er dan geen sprake van aanvullende leerhulp wegens bijvoorbeeld bijhorend ziekteverzuim.
Vaak weten de hiv-positieve kinderen op jonge leeftijd zelf ook niet waarom ze medicijnen slikken en steeds naar het ziekenhuis moeten. Zo bang zijn de ouders voor het bekend worden van de situatie van hun kind.
Er is geen wettelijke verplichting voor de ouders om de hiv-positiviteit te melden. Verstandig is het wel. Dit hoort in school vertrouwelijk te blijven, er mag alleen met toestemming van de ouders met derden over deze problematiek gesproken worden. Zoals er voor ieder kind recht op vertrouwelijkheid en privacy is, is dit er ook voor het hiv-positief kind. Van geen enkel kind ligt immers het medische verhaal op het schoolplein.
De veiligheid voorzorgmaatregelen bij eerste hulp op school zijn standaard. Voor een hiv-positief kind, maar dus ook voor een kind zonder hiv geldt:
– vermijdt altijd contact met bloed
– gebruik bij ongelukjes met bloed wegwerp handschoenen
– ruim gemorst bloed altijd meteen op en desinfecteer de plek met alcohol 70%
– dek wondjes aan de handen zoveel mogelijk af met een waterafstotende pleister
Zoals gezegd: een hiv-geïnfecteerd kind vormt in het onderwijs geen groter risico dan welk ander kind ook. Sta dus open voor dit kind.
Bij de campagne hoort de gids ‘Positief leert’, een vraagbaak voor ouders van hiv-patiënten. Het boekwerk bevat onder meer een plan van aanpak voor ouders die hun omgeving willen inlichten over de besmetting van hun kind.
Meer informatie via Hoe positief ben jij?
Dorien Kok
http://www.I-CARUS.info
Pingback: Mijn blog « I-CARUS, by Dorien Kok